Au cours de ses conversations avec le Président du Sénat, les 27 et 28 avril, elle répète d'ailleurs qu'elle estime, en son âme et conscience, que la communication du problème aux autres membres du Comité R engendrerait un risque de fuite et de préjudice porté aux intérêts de l'État.
Tijdens haar gesprekken met de voorzitter van de Senaat op 27 en 28 april herhaalt zij trouwens dat zij in eer en geweten meent dat de mededeling van het probleem aan de andere leden van het Comité I een risico zou creëren van lekken en van schade aan het Staatsbelang.