Remédier à cette situation suppose une adaptation des articles 6, §
2 (délivrance de l'autorisation de détention d'une arme à feu de défense), 7, alinéa 2 (délivrance d'un permis port d'armes de défense), et 11, § 1 , alinéa 2 (délivrance d'une autorisation de détention d'une arme à feu de guerre), de la loi du 3 janvier 1933 relative à
la fabrication, au commerce et au port des armes, et au commerce des munitions (modifiée notamment par la loi du 30 janvier 1991 et ses arrêtés d'exécution) qui confèrent la compétence de délivrer les
...[+++]autorisations et permis précités, au « ministre de la Justice ou à son délégué » (en l'occurrence, la Sûreté de l'État).Om die situatie te verhelpen dienen er aanpassingen te komen van de artikelen 6, § 2 (verlening van de vergunning tot het voorhanden hebben van een verweervuurwapen), 7, tweede lid (verlening van een vergunning tot het dragen van een verweerwapen), en 11, § 1, tweede lid (verlening van een vergunning tot het voorhanden hebben van een oorlogswapen), van de wet van 3 januari 1933 op
de vervaardiging van, de handel in en het dragen van wapens en op de handel in munitie (gewijzigd bij de wet van 30 januari 1991 en zijn uitvoeringsbesluiten), die de bevoegdheid voor het verlenen van de voornoemde vergunningen en toelatingen toekent aan het «
...[+++]ministerie van Justitie of zijn afgevaardigden » (waarmee de Veiligheid van de Staat wordt bedoeld).
