Le principe du maintien de la police locale et celui du maintien de la police sous l'autorité locale furent appuyés par l'organisation des commissaires et commissaires adjoints qui fut déjà créée vers 1880, par l'organisation des policiers urbains et ruraux subalternes, qui fut créée plus tard, et par la « Commission parlementaire sur la police rurale » (13), que le gouvernement créa en 1904. Les intéressés étaient hostiles à l'idée de développer une police nationale qui pourrait prendre de trop grandes dimensions.
Het behoud van het lokaal gezag over de politie en het behoud van die lokale politie zelf vindt steun bij de reeds rond 1880 opgerichte organisatie van commissarissen en adjunct-commissarissen, bij de later opgerichte organisatie van ondergeschikte stedelijke en landelijke politie, maar ook bij een door de regering in 1904 opgerichte « Commissie van de landelijke politie» (13) Allen zijn gekant tegen een al te grote uitbreiding van een nationale politie.