Le chapitre A, point 2.3 d), de cette annexe, telle que modifiée par le règlement (CE) no 727/2007 (4) de la Commission, disposait que les États membres pouvaient décider de remplacer par un abattage à des fins de consommation humaine la mise à mort et la destruction complète de certains ovins et caprins présents dans l’exploitation à qui appartient l’animal chez lequel l’EST a été confirmée, moyennant le respect de certaines conditions.
In hoofdstuk A, punt 2.3, onder d), van die bijlage, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 727/2007 van de Commissie (4), is bepaald dat de lidstaten zelf mogen beslissen om het doden en volledig vernietigen van bepaalde soorten schapen en geiten te vervangen door slacht voor menselijke consumptie op het bedrijf waar bij het dier een TSE werd vastgesteld, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan.