Il est renvoyé sur ce point à l'arrêt Vo, du 8 juill
et 2004, de la Cour européenne des droits de l'homme, qui, après un examen de la jurispruden
ce antérieure de la Commission européenne des droits de l'homme et de la Cour elle-même, de la pratique des États et de textes internationaux comme la Convention sur les droits de l'homme et la biomédecine, le Protocole additionnel prohibant le clonage humain ou le projet de Protocole relatif à la recherche biomédicale, conclut à « l'absence de statut juridique clair de l'enfant à naître » (41
...[+++]) .
Op dit punt wordt verwezen naar het arrest Vo van 8 juli 2004 van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, dat na een onderzoek van de vroegere rechtspraak van de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens en van het Hof zelf, van de praktijk van de Staten en van internationale teksten zoals het Verdrag inzake de Rechten van de Mens en de Biogeneeskunde, het Aanvullende Protocol waarbij het menselijk klonen wordt verboden, of het ontwerp-protocol betreffende biomedische experimenten, concludeert dat er « geen duidelijk rechtsstatuut bestaat voor het kind dat geboren moet worden » (41) .