La Commission relève cependant que, au cours de ces années, la moyenne des trois scénarios fluctue entre 17,0 et 22,7 %, avec deux années à 20,2 % environ. Cela semble indiquer qu'il existe une tendance générale de la marge de capacité à rester réellement autour d'un taux de 20 %, en tenant compte d'une marge d'erreur.
De Commissie merkt evenwel op dat tijdens deze jaren het gemiddelde van de drie scenario's tussen 17 en 22,7 % ligt, met twee jaren met een gemiddelde van rond 20,2 %. Dit lijkt te indiceren dat het een algemene tendens is dat de capaciteitsmarge sterk rond 20 % blijft, zelfs rekening houdende met een zekere foutenmarge.