Vertaling van "commissions des affaires européennes des parlements nationaux doivent servir " (Frans → Nederlands) :

Il estime que les commissions des Affaires européennes des parlements nationaux doivent servir de lieu de rencontre entre l'Europe et les parlements nationaux (et les populations qu'ils représentent).
Hij ziet de commissies voor de Europese Aangelegenheden van de nationale parlementen de rol spelen van « interface » tussen Europa en de nationale parlementen (en de bevolkingen die ze vertegenwoordigen).

28. encourage la Commission et les États membres à harmoniser les données à fournir et à faciliter leur collecte; demande aux autorités nationales compétentes d'informer périodiquement les commissions aux affaires européennes des parlements nationaux des ICE en cours de collecte et ayant déjà atteint un nombre significatif de signatures; prie instamment la Commission de proposer une révision du règlement (UE) n° 211/2011 afin de garantir que les citoyens puissent signer une ICE dans leur pays de résidence;
28. spoort de Commissie en de lidstaten aan om de voorschriften inzake gegevensverzameling gebruiksvriendelijker te maken en te harmoniseren; verzoekt de bevoegde nationale autoriteiten om periodiek verslag uit te brengen aan de commissies voor Europese aangelegenheden van hun nationale parlementen over de lopende EBI's waarvoor al een groot aantal steunbetuigingen zijn verzameld; dringt er bij de Commissie op aan een herziening van Verordening (EU) nr. 211/2011 voor te stellen om ervoor te zorgen dat burgers ook in hun land van woonplaats EBI's kunnen ondertekenen;

Les participants à la XX e Conférence des commissions des Affaires européennes des parlements nationaux de l'Union européenne et du Parlement européen (COSAC) réunis à Berlin, les 31 mai et 1 er juin 1999, exhortent tous les citoyens de l'Union européenne à participer aux cinquièmes élections directes du Parlement européen, qui auront lieu durant la période du 10 au 13 juin 1999.
De deelnemers aan de XX e Conferentie van de commissies voor de Europese Aangelegenheden van de nationale parlementen van de Europese Unie en van het Europees Parlement (COSAC), die op 31 mei en 1 juni 1999 bijeengekomen zijn in Berlijn, roepen alle kiezers van de Europese Unie ertoe op om deel te nemen aan de rechtstreekse verkiezing van het Europees Parlement die tussen 10 en 13 juni 1999 voor de vijfde maal wordt georganiseerd.

(2) La troïka de la COSAC est composée des présidents des commissions des Affaires européennes des parlements nationaux des États membres qui assument la présidence actuelle, qui ont assumé la présidence précédente et qui assumeront la prochaine présidence de l'UE, ainsi que du président de la délégation du Parlement européen.
(2) De COSAC-trojka bestaat uit de voorzitters van de commissies voor de Europese Aangelegenheden van de nationale parlementen van de lidstaten die het huidige, het vorige en het toekomstige voorzitterschap van de EU waarnemen, alsmede uit de voorzitter van de delegatie van het Europees Parlement.

La COSAC réunit les commissions chargées des Affaires européennes des parlements nationaux des États membres de l'Union européenne (UE) ainsi que des délégations du Parlement européen (PE) et des parlements nationaux des États candidats à l'adhésion à l'UE.
COSAC verenigt de commissies voor Europese Aangelegenheden van de nationale parlementen van de Europese Unie (EU) naast delegaties van het Europees Parlement (EP) en de nationale parlementen van de kandidaat-lidstaten.

20. se réjouit des dispositions sur le renforcement de la coopération entre le Parlement européen et les parlements nationaux visées au traité de Lisbonne; souligne la nécessité d'établir une collaboration plus étroite entre les commissions compétentes du Parlement européen et des parlements nationaux, dans le droit fil de la pratique actuelle des réunions entre les présidents des commissions des affaires étrangères, de la défense et des affaires européennes des parlements nationaux et de la commission des affaires étrangères du Parlement; se réfère à son rapport en cours sur le sujet;
20. verwelkomt nauwere samenwerking tussen het Europees Parlement en de nationale parlementen in het kader van het Verdrag van Lissabon; onderstreept het belang van een nauwere samenwerking tussen de betrokken commissies van het Europees Parlement en van de nationale parlementen, hiermee voortbouwend op de huidige praktijk van vergaderingen tussen de voorzitters van de commissies buitenlandse zaken en defensie en de commissies voor Europese aangelegenheden van de nationale parlementen met de Commissie buitenlandse zaken van het Europees Parlement; verwijst naar zijn verslag over deze kwestie;

— vu les rencontres organisées par la commission des affaires constitutionnelles avec les commissions des affaires européennes des parlements nationaux des États membres et des pays candidats les 20 et 21 mars 2001 et 10 et 11 juillet 2001,
- gezien de bijeenkomsten die werden georganiseerd door de Commissie constitutionele zaken met de commissies voor Europese aangelegenheden van de nationale parlementen van de lidstaten en kandidaatlanden op 20 en 21 maart 2001 en 10 en 11 juli 2001,

6. propose qu'à intervalles réguliers, une conférence parlementaire sur la PESD soit convoquée conjointement par le parlement de l'État membre qui assure la présidence ainsi que par le Parlement européen, par l'intermédiaire de sa commission des affaires étrangères, des droits de l'homme, de la sécurité commune et de la politique de défense; estime que les présidents des commissions des affaires étrangères, des commissions de la défense et des commissions des affaires européennes des parlements nationaux des États membres et des pays candidats et du Parlement européen participent à cette conférence; estime par ailleurs que de manière à en assurer la représentativité politique, la participation à cette conférence devrait être étendue à d'autres membres de ces mêmes commissions dont le nombre serait égal à celui des représentants du Parlement européen; l'objectif de la Conférence serait d'examiner conjointement avec la présidence du Conseil, le haut représentant pour la PESC et le commissaire responsable pour les relations extérieures, l'évolution de la politique européenne de sécurité et de défense de l'UE afin d'assurer un suivi parlementaire approprié de cette politique;
6. stelt voor regelmatig gemeenschappelijk door het parlement van de lidstaat die het voorzitterschap van de Raad bekleedt, alsmede door het Europees Parlement en dan met name zijn Commissie buitenlandse zaken, mensenrechten, gemeenschappelijke veiligheid en defensiebeleid, een parlementaire conferentie over het Europees veiligheids- en defensiebeleid bijeen te laten roepen; is van oordeel dat de voorzitters van de commissies voor buitenlandse zaken, voor defensie en van de commissies voor aangelegenheden van de Europese Unie van de nationale parlementen van de lidstaten alsmede van de kandidaatlanden en van het Europees Parlement aan deze conferentie moeten deelnemen; is verder van mening dat een uitbreiding van deze conferentie met verdere leden van de diverse commissies mogelijk moet worden gemaakt om aldus te waarborgen dat zij representatief is voor het gehele politieke spectrum, waarbij het Europees Parlement met een overeenkomstig aantal leden moet zijn vertegenwoordigd; deze conferentie heeft tot taak om in samenwerking met het voorzitterschap van de Raad, de Hoge Vertegenwoordiger voor het GBVB en het Commissielid dat belast is met buitenlandse betrekkingen de ontwikkelingen op het gebied van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van de Unie te behandelen, teneinde een gedegen parlementaire follow-up van dit beleid te garanderen;

- vu les rencontres organisées par la commission des affaires constitutionnelles avec les commissions des affaires européennes des Parlements nationaux des États membres et des pays candidats les 20 et 21 mars 2001 et 10 et 11 juillet 2001,
- gezien de bijeenkomsten die werden georganiseerd door de Commissie constitutionele zaken met de commissies voor Europese aangelegenheden van de nationale parlementen van de lidstaten en kandidaatlanden op 20 en 21 maart 2001 en 10 en 11 juli 2001,