2. Sans préjudice des réserves énumérées à l'annexe 3, la Communauté et ses États membres réservent aux activités des filiales communautaires de sociétés russes un traitement non moins favorable que celui accordé à d'autres sociétés communautaires ou à des sociétés communautaires qui sont les filiales d'une société d'un pays tiers, si celui-ci est meilleur, et ce conformément à leurs législations et réglementations.
2. Onverminderd de in bijlage 3 genoemde voorbehouden kennen de Gemeenschap en haar Lid-Staten de op hun grondgebied gevestigde dochterondernemingen van Russische vennootschappen, wat de werking daarvan betreft, geen minder gunstige behandeling toe dan de meest voordelige behandeling die zij toekennen aan andere vennootschappen uit de Gemeenschap of aan vennootschappen uit de Gemeenschap die dochterondernemingen zijn van een vennootschap uit enig derde land, overeenkomstig hun wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.