2. Est réservée également aux législations des pays de l'Union la faculté de statuer sur les conditions dans lesquelles les conférences, allocutions et autres oeuvres de même nature, prononcées en public, pourront être reproduites par la presse, radiodiffusées, transmises par fil au public et faire l'objet des communications publiques visées à l'article 11bis .1) de la présente Convention, lorsqu'une telle utilisation est justifiée par le but d'information à atteindre.
2. Eveneens is het aan de wetgeving van de landen van de Unie voorbehouden om voorwaarden vast te stellen waaronder lezingen, toespraken en andere werken van dezelfde aard, die in het openbaar worden uitgesproken, door de pers mogen worden weergegeven, door de radio mogen worden uitgezonden, per draadverbinding aan het publiek mogen worden overgebracht en tot voorwerp mogen worden gemaakt van de openbare mededelingen bedoeld in het eerste lid van artikel 11bis onder (1), van deze Conventie, wanneer een zodanig gebruik is gerechtvaardigd uit een oogpunt van voorlichting.