41. rappelle que le principe d'annualité est l'un des principes comptables fondamentaux (unité et vérité budgétaire, annualité, équilibre, unité de compte, universalité, spécialité, bonne gestion financière et transparence) indispensables pour assurer la bonne exécution du budget de l'Union; constate que les agences décentralisées ne satisfont pas toujours entièrement au principe d'annualité;
41. herhaalt dat jaarperiodiciteit een van de fundamentele boekhoudbeginselen (eenheid en begrotingswaarachtigheid, jaarperiodiciteit, evenwicht, rekeneenheid, universaliteit, specialiteit, goed financieel beheer en transparantie) is die onontbeerlijk zijn voor een efficiënte uitvoering van de begroting van de Unie; stelt vast dat gedecentraliseerde agentschappen dit beginsel niet altijd volledig eerbiedigen;