les exigences applicables aux actionnaires et associés qui détiennent une participation qualifiée, ainsi que les obstacles qui pourraient empêcher l’autorité compétente d’exercer effectivement ses fonctions de surveillance comme le prévoient l’article 8, paragraphe 1, de la présente directive et l’article 10, paragraphes 1 et 2, de la directive 2004/39/CE, conformément à l’article 11 de la présente directive.
de voorschriften te bepalen die van toepassing zijn op de aandeelhouders en vennoten met gekwalificeerde deelnemingen, alsook de belemmeringen voor de effectieve uitoefening van de toezichtstaken van de bevoegde autoriteit, als bepaald in artikel 8, lid 1, van deze richtlijn en artikel 10, leden 1 en 2, van Richtlijn 2004/39/EG, in overeenstemming met artikel 11 van deze richtlijn.