11. Chaque État partie peut, aux fins d'élaborer un plan d'action national, demander aux organismes des Nations unies, aux organisations régionales, à d'autres États parties ou à d'autres institutions intergouvernementales ou non gouvernementales compétentes d'aider ses autorités à déterminer, entre autres:
11. Elke Staat die Partij is kan, met het oog op het uitwerken van een nationaal actieplan, een verzoek richten tot de organen van de Verenigde Naties, regionale organisaties, andere Staten die Partij zijn of andere deskundige intergouvernementele of niet-gouvernementele instellingen om zijn autoriteiten bij te staan bij het vaststellen van onder andere :