Des exemples ont été donnés de circonstances d'où le juge pourrait déduire dans un cas concret l'affiliation à l'organisation criminelle : la présence régulière aux réunions de l'organisation criminelle ou l'actionnariat d'une structure relevant du droit des sociétés utilisée par l'organisation criminelle comme écran (Doc. parl., Chambre, 1996-1997, n° 954/6, p. 18).
Er zijn voorbeelden gegeven van omstandigheden waaruit de rechter in een concreet geval de aansluiting bij de criminele organisatie zou kunnen afleiden : het geregeld aanwezig zijn op vergaderingen van de criminele organisatie of het aandeelhouderschap van een vennootschapsrechtelijke structuur die door een criminele organisatie als dekmantel wordt gebruikt (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nr. 954/6, p. 18).