Au 1 janvier 2011, le nombre de conducteurs de train s’élevait en effet à 3 535, tandis que le total de l’arriéré de congés atteignait 2 429 jours, soit un arriéré moyen de 0,687 jour de congé par conducteur de train.
Het aantal treinbestuurders bedroeg op 1 januari 2011 immers 3 535 terwijl het totaal aan achterstand in verlof 2 429 dagen is, hetgeen betekent dat er een gemiddelde achterstand is van 0,687 dagen achterstallig verlof per treinbestuurder.