Considérant qu'en vertu de l'article 13, § 3, 2, de l'ordonnance du 18 mars 2004 relative
à l'agrément et au financement des initiatives locales de développement de l'emploi et des entreprises d'insertion, nommée ci-après l'ordonnance du 18 mars 2004, les subventions ne sont octroyées qu'à condition que l'entreprise agréée selon les termes de l'ordonnance, dispose
de personnel apte à conduire et développer des programmes de formation, d'encadrement et d'accompagnement social à concurrence d'au moins 10 % de l'effectif, hors travailleu
...[+++]rs du public cible;
Overwegende dat krachtens 13, § 3, 2, van de ordonnantie van 18 maart 2004 betreffende de erkenning en de financiering van de plaatselijke initiatieven voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid en de inschakelingsondernemingen, verder de ordonnantie van 18 maart 2004 genaamd, de toelagen worden toegekend op voorwaarde dat de overeenkomstig de ordonnantie erkende onderneming beschikt over personeel dat bekwaam is om de programma's voor opleiding, ondersteuning en maatschappelijke begeleiding te leiden en te ontwikkelen ten belope van minstens 10 % van het personeelsbestand, de werknemers van de doelgroep niet inbegrepen;