29. invite la Commission à commander des études régulières et financées de manière adéquate pour analyser l'importance de la propriété dans le succès et la pérennité d'une entreprise et recenser les enjeux spécif
iques auxquels sont confrontées les entreprises familiales, ainsi qu'à proposer au Parlement et aux États membres, en collaboration avec Eurostat, une définition de l'entreprise familiale qui soit applicable à l'échelle européenne, qui soit statistiquement exploitable et qui tienne compte des circonstances différentes dans les États membres; demande en outre à la Commission de s'appuyer sur le groupe de travail consacré aux donn
...[+++]ées relatives aux petites et moyennes entreprises pour recueillir suffisamment de données, notamment sur les entreprises familiales, dans tous les États membres, pour pouvoir comparer la situation et les besoins des entreprises familiales de différentes tailles, ainsi que les entreprises familiales avec les entreprises d'un autre type, pour promouvoir la diffusion d'informations et l'échange de savoir-faire et de bonnes pratiques dans toute l'Union, par exemple en établissant au sein de la Commission un point de contact pour les entreprises familiales ou en s'appuyant sur des programmes tels qu'Erasmus pour jeunes entrepreneurs, ainsi que pour permettre de mieux cibler les aides; 29. verzoekt de Commissie opdracht te geven tot het uitvoeren van periodieke en voldoende gefinancierde studies waarin het belang van eigendom voor het welslagen en het voortbestaan van een onderneming wordt geanalyseerd en wordt aangetoond met welke specifieke uitdagingen familiebedrijven te maken krijgen, en het Europees Parlement een in samenwerking met Eurostat uit te werken statistisch werkbare definitie van het begrip "familiebedrijf" voor te stellen, rekening houdende met de verschillende omstandigheden in de respectieve lidstaten; verzoekt de Commissie bovendien om gebruik te maken van de bestaande "task force sma
ll and medium-sized enterprise data" om ...[+++]voldoende gegevens te verkrijgen over familiebedrijven in de afzonderlijke lidstaten, aan de hand waarvan de situatie en noden van familiebedrijven van verschillende omvang onderling en die van familiebedrijven ten opzichte van niet-familiebedrijven zich laten vergelijken en de uitwisseling van kennis en goede praktijken over de gehele EU kan worden bevorderd, bijvoorbeeld door opzetten van een centraal aanspreekpunt voor familiebedrijven bij de Commissie en door een zo goed mogelijk gebruik van programma's als "Erasmus voor jonge ondernemers", en door voorzieningen te treffen voor meer gerichte bijstand;