6.1.3. À une vitesse initiale d'au moins 30 km/h, les freins doivent être actionnés à fond pendant une durée t = 15 s, pendant laquelle l'énergie consommée par les roues indirectement contrôlées est prise en considération et toutes les roues directement contrôlées doivent rester sous le contrôle du système de freinage avec antiblocage.
6.1.3. Bij een aanvangssnelheid van het voertuig van ten minste 30 km/h worden de remmen gedurende een tijd t = 15 s, tijdens welke rekening wordt gehouden met de door de indirect geregelde wielen opgenomen energie, volledig ingedrukt; gedurende deze tijd moeten alle direct geregelde wielen onder invloed van het antiblokkeerremsysteem blijven.