2° l'article est complété par les alinéas 2 à 4 inclus, rédigés comme suit : « Les fonctionnaires qui, à la date de l'entrée en vigueur du présent article, étaient habilité
s à rechercher et à constater des infractions dans le domaine de l'aménagement du territoire et de l'urbanisme et qui restent
actifs au sein de l'entité qui est chargée de l'exécution des tâches de préservation dans le domaine politique de l'aménagement du territoire, conservent leur compétence jusqu'à ce que le fonctionnaire dirigeant de l'entité chargée de l'exécu
...[+++]tion des tâches de préservation dans le domaine politique de l'aménagement du territoire en décide autrement.2° er wordt een tweede tot en met vierde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "De ambtenaren die op de datum van de inwerkingtreding van dit artikel bevoegd waren om misdrijven op het gebied van de ruimtelijke ordening en stedenbouw op te sporen en vast te stellen en die werkzaam blijven binnen de entiteit die belast is met de uitvoering van de handhavingstaken op het beleidsveld ruimtelijke ordening, behouden hun bevoegdheid tot aan een andersluidende beslissing van de leidend ambtenaar van de entiteit die belast is met de uitvoering van de handhavingstaken op het beleidsveld ruimtelijke ordening.