7. Les autorités compétentes des États contractants peuvent fixer d'un commun accord les conditions auxquelles un véhicule d'investissement collectif établi dans un État contractant qui n'est pas assujetti à l'impôt en tant que tel dans cet État et qui reçoit des dividendes ou des intérêts provenant de l'autre État contractant est traité, pour l'application de la Convention à ces revenus, comme une personne physique résidente de l'État contractant où il est établi et comme le bénéficiaire effectif des revenus qu'il reçoit».
« 7. De bevoegde autoriteite
n van de overeenkomstsluitende Staten kunnen in onderlinge overeenstemming de voorwaarden bepalen volgens dewelke een instelling voor collectieve belegging die in een overeenkomstsluitende Staat gevestigd is en in die Staat niet als dusdanig aan belasting onderworpen is, en die dividenden of interest verkrijgt die uit de andere overeenkomstsluitende Staat afkomstig zijn, voor de toepassing van de Overeenkomst op dergelijke inkomsten wordt behandeld als een natuurlijke persoon die inwoner is van de overeenkomstsluitende Staat waarin zij gevestigd is en als de uiteindelijk gerechtigde tot de inkomsten die zij ve
...[+++]rkrijgt».