Les parties requérantes soutiennent que les dispositions attaquées violent les articles 10, 11, 22 et 29 de la Constitution, lus en combinaison avec l'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'elles autorisent l'admin
istration fiscale à contraindre tout établissement bancaire, de change, de crédit ou d'
épargne (ci-après : établissement financier) à lui transmettre des informations que cet établissement possède à propos d'un contribuable à l'égard duquel l'administration dispose d'indices de fraude fiscale o
...[+++]u envisage de recourir à l'article 341 du CIR 1992.
De verzoekende partijen voeren aan dat de bestreden bepalingen de artikelen 10, 11, 22 en 29 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, schenden, in zoverre zij de belastingadministratie toelaten elke bank-, wissel-, krediet- of spaarinstelling (hierna : financiële instelling) ertoe te verplichten haar gegevens mee te delen die die instelling bezit met betrekking tot een belastingplichtige ten aanzien van wie de administratie beschikt over aanwijzingen van belastingontduiking of wanneer zij zich voorneemt een beroep te doen op artikel 341 van het WIB 1992.