34. souligne que les acquisitions de terres à grande échelle sont, entre autres, une conséquence directe de la mauvaise gouvernance foncière dans les pays en développement; ; insiste sur le fait que l'aide fournie par l'Union devrait contribuer à mettre en place les capacités institutionnelles requises pour garantir les droits fonciers afin de lutter contre les situations de rente, l'inertie bureaucratique, la corruption et l'impunité;
34. wijst op het feit dat de grootschalige landaankoop in ontwikkelingslanden, onder andere, een rechtstreeks gevolg is van het zwakke landbeheer aldaar; benadrukt dat EU-steun zou moeten bijdragen tot de opbouw van de institutionele capaciteit die nodig is voor het verlenen van gegarandeerde landrechten, om „rent seeking” (profiteergedrag), bureaucratische inertie en corrupte praktijken waarvoor geen rekenschap wordt afgelegd, aan te pakken;