La généralité de cette dernière interrogation représentait en effet un des inconvénients majeurs de la situation prévalant avant la mise en oeuvre du PCC. Non seulement une telle interrogation se révélait fastidieuse et coûteuse, tant pour le fisc que pour le secteur financier, mais elle était en outre susceptible de porter gravement atteinte à la vie privée du contribuable, à sa crédibilité financière et à sa réputation, vu que l'interrogation de l'ensemble des établissements financiers du pays trahissait l'existence de soupçons graves - mais non avérés - d'irrégularités fiscales dans le chef d'un contribuable.
De algemeenheid van de laatstbedoelde ondervraging was inderdaad één van de grote nadelen die bestonden voor de inwerkingtreding van het CAP. Niet enkel bleek zulke ondervraging, zowel voor de fiscus als voor de financiële sector, tijdrovend en kostelijk, maar zij kon bovendien een ernstige inbreuk zijn op het privéleven van de belastingplichtige, op zijn financiële geloofwaardigheid en op zijn reputatie, gelet op het feit dat de ondervraging van alle financiële instellingen van het land het bestaan van ernstige - maar niet bewezen - vermoedens van fiscale onregelmatigheden in hoofde van een belastingplichtige aan het licht bracht.