Dans une septième sous-branche de la première branche, la partie requérante reproche à l'article 53, 1° et 2°, de la loi attaquée, modifiant l'article 31 de la loi sur l'électricité, d'être contraire à l'article 37, paragraphe 4, point d), de la directive 2009/72/CE en ce qu'il limite à un maximum de 3 p.c. du chiffre d'affaires annuel le montant de l'amende administrative que peut imposer la CREG et en ce qu'il ne permet pas à celle-ci d'infliger des amendes pour non-respect des décisions juridiquement contraignantes de la CREG ou de l'ACER.
In een zevende subonderdeel van het eerste onderdeel verwijt de verzoekende partij artikel 53, 1° en 2°, van de bestreden wet, dat artikel 31 van de Elektriciteitswet wijzigt, in strijd te zijn met artikel 37, lid 4, onder d), van de richtlijn 2009/72/EG in zoverre het het bedrag van de administratieve boete die de CREG kan opleggen, beperkt tot maximum 3 pct. van de jaarlijkse omzet en in zoverre het die laatste niet in staat stelt om boeten op te leggen voor de niet-naleving van de juridisch bindende besluiten van de CREG of van het ACER.