5. invite le gouvernement iranien à suspendre l'exécution d'Ebrahim Hamidi, âgé de dix-huit ans et accusé de sodomie, et demande à la République islamique d'Iran de mettre enfin un terme à la peine de mort pour les crimes commis avant l'âge de dix-huit ans et de modifier sa législation afin de l'aligner sur les conventions internationales en matière de droits de l'homme que l'Iran a ratifiées, y compris la Convention relative aux droits de l'enfant et le Pacte international relatif aux droits civils et politiques;
5. roept de regering van Iran op om het doodvonnis tegen Ebrahim Hamidi, een achttienjarige die wordt beschuldigd van sodomie, niet te voltrekken, en dringt erop aan dat de Islamitische Republiek Iran eindelijk de doodstraf afschaft voor misdaden die door jongeren onder de achttien jaar zijn begaan en haar wetgeving aanpast aan de internationale door Iran geratificeerde mensenrechtenverdragen, met inbegrip van het Verdrag inzake de rechten van het kind en het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten;