Art. 4. Si un projet de lotissement ou un projet de construction est soumis à une norme d'offre de logement social, telle que visée au livre 4, titre 1, chapitre 2, section 2, du décret relatif à la politique foncière et immobilière, suite à laquelle une charge sociale est liée de plein droit à l'autorisation de lotissement, respectivement à l'autorisation urbanistique, le lotisseur ou le maître d'ouvrage peut demander à l'organe administratif délivrant l'autorisation de déduire une ou
plusieurs unités de crédit enregistrées à son nom dans le registre des unités de crédit, visé à l'article 5, de la charge sociale à exécuter en principe,
...[+++] à condition que le projet soit situé dans la même commune que celle de l'obtention des unités de crédit.Art. 4. Als een verkavelingsproject of een bouwproject onderworpen is aan een norm sociaal woonaanbod als vermeld in boek 4, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het decreet grond- en pandenbeleid, waardoor aan de verkavelingsvergunning, respectievelijk de stedenbouwkundige vergunning, van rechtswege een sociale last verbonden is, kan de verkavelaar of bouwheer het vergunningverlenende bestuursorgaan verzoeken een of meer kredieteenhed
en die op zijn naam geregistreerd zijn in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5, in mindering te brengen van de principieel uit te voeren sociale last, op voorwaarde dat het project gelegen is
...[+++] binnen dezelfde gemeente als die waar de kredieteenheden verworven zijn.