Quant à la procédure relative au maintien de la détention préventive, l'intervenant estime qu'il est justifié de faire une distinction entre, d'une part, l'inculpé en état d'arrestation qui a accès, d'office, au dossier judiciaire, et, d'autre part, la partie civile pour laquelle le dossier reste fermé.
Inzake de procedure betreffende de handhaving van de voorlopige hechtenis acht het lid het verantwoord een onderscheid te maken tussen enerzijds de aangehouden verdachte die van rechtswege toegang heeft tot het gerechtelijk dossier, en anderzijds de burgerlijke partij voor wie het dossier gesloten blijft.