En ce qui concerne tant l'établissement de fiches contenant des informations relatives à la vie privée que la conservation de ces fiches, la loi doit indiquer avec clarté l'étendue et les modalités d'exercice du pouvoir d'appréciation des autorités dans le domaine considéré » (C. Const., nº 151/2006, 18 octobre 2006, B.13.3).
Zowel ten aanzien van de opmaak van fiches met gegevens betreffende de persoonlijke levenssfeer als ten aanzien van de bewaring van die fiches moet de wet de omvang en de voorwaarden voor de uitoefening van de beoordelingsbevoegdheid van de overheden op het betrokken terrein duidelijk aangeven» (Grondwettelijk Hof, nr. 151/2006, 18 oktober 2006, B.13.3).