D. considérant que l'accord de cessez-le-feu de N'Djamena du 8 avril 2004 est bafoué ou ignoré et que depuis l'échec de l'accord de paix au Darfour il y a une recrudescence des actes illicites et de l'insécurité; que l'atomisation des groupes de rebelles, au-delà d'une vingtaine actuellement, entrave la distribution de l'aide humanitaire et rendra toute négociation de paix encore plus difficile,
D. overwegende dat het in Ndjamena overeengekomen staakt-het-vuren van 8 april 2004 niet wordt nageleefd of gerespecteerd en dat er sedert het mislukken van de DPA een toename te constateren valt van rechteloosheid en onveiligheid; overwegende dat er sprake is van een voortdurende versplintering van rebellengroeperingen, waarvan er inmiddels ruim 20 bestaan, hetgeen de distributie van humanitaire hulp belemmert en de vredesonderhandelingen nog verder zal bemoeilijken,