Une autre étude, datant de début 1995, estime le coût de la monnaie fiduciaire entre 25 et 40 milliards par an, dont la plus grosse part, les deux tiers environ, retombe sur les établissements de crédit.
In een andere studie, die dateert van begin 1995, worden de kosten verbonden aan chartaal geld geraamd op 25 tot 40 miljard per jaar, waarvan het grootste gedeelte, ongeveer twee derde, door de kredietinstellingen wordt gedragen.