Ces membres du Comité soulignent que dans les textes de base concernant les Droits de l'Homme, plus particulièrement dans le Début de la Déclaration universelle des Droits de l'Homme (1948) et des Pactes internationaux concernant les droits civils et politiques ainsi que les droits économiques, sociaux et culturels (tous les deux datent de 1966), le concept « dignité de la personne » est proposé comme principe fondateur de « la liberté, la justice et la paix dans le monde ».
Deze leden van het Comité wijzen erop dat ook in de basisteksten inzake mensenrechten, meer bepaald in de Aanhef van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948) en van de internationale verdragen inzake burgerrechten en politieke rechten, alsook inzake economische, sociale en culturele rechten (beide dateren van 1966), het begrip « waardigheid van de persoon » als funderend beginsel van « vrijheid, rechtvaardigheid en vrede in de wereld » wordt vooropgesteld.