En effet, assimiler l'absence de réponse du juge d'instruction, et donc sa passivité, à une interdiction d'accès au dossier équivaut à priver le requérant du droit d'être entendu et de faire examiner sa demande sérieusement quant au fond (pour rappel, l'alinéa 2 du § 5 de l'article 61ter prévoit que la chambre des mises en accusation, dans la procédure de recours, statue sans débat, et sans entendre le requérant ou son conseil).
Het uitblijven van een antwoord van de onderzoeksrechter, met andere woorden zijn passieve houding, gelijkstellen aan een verbod tot inzage van het dossier komt immers neer op het negeren van het recht van de verzoeker, wat de grond van de zaak betreft, ernstig te laten onderzoeken (ter herinnering : het tweede lid van § 5 van artikel 61ter bepaalt dat in de beroepsprocedure de kamer van inbeschuldigingstelling uitspraak doet zonder debat en zonder de verzoeker of zijn raadsman te hebben gehoord).