Sur ce point, je voudrais répéter l’idée que nous avons déjà proposée - et que nous continuons à mettre en avant, peut-être obstinément - que nous devrions accepter le principe que les coûts de la sécurité devraient être supportés par les citoyens qui voyagent et par les États qui protègent, notamment, leurs aéroports et aéronefs, surtout que tout ce que nous demandions, c’était que ce principe soit accepté en laissant chaque État membre libre de décider comment équilibrer les contributions des deux sources.
In dit opzicht wil ik nogmaals het idee herhalen dat wij al eerder hebben aangedragen – en zullen blijven doen, koppig of niet – dat we het beginsel moet accepteren dat de kosten voor beveiliging zowel voor rekening komen van de burger die reist, als van de landen die zichzelf beschermen, niet in de laatste plaats op luchthavens en in vliegtuigen, aangezien we alleen maar hebben gevraagd om acceptatie van dit beginsel, waarbij iedere lidstaat zelf kan beslissen hoe de bijdragen over deze twee bronnen verdeeld moeten worden.