§ 1. La somme du traitement de bourgmestre ou d'échevin et des indemnités, traitements, jetons de présence et autres avantages tels que définis par le Gouvernement, perçus par le bourgmestre ou l'échevin en rétribution d'activités exercées en dehors de son mandat, est égale ou inférieure à une fois et demie le montant de l'indemnité parlementaire perçue par les membres de la Chambre des représentants et du Sénat.
§ 1. De som van de burgemeesters- of schepenenwedde en van de vergoedingen, wedden, aanwezigheidsgelden en andere voordelen bepaald door de Regering, die de burgemeester of schepen genieten als vergoeding van activiteiten die zij buiten hun mandaat uitoefenen, is gelijk aan of lager dan anderhalve keer het bedrag van de parlementaire vergoedingen van de leden van de Kamer der volksvertegenwoordigers en de Senaat.