2. Après l'heure limite de fermeté journalière, toute la capacité d'échange entre zones et toutes les contraintes d'allocation deviennent fermes aux fins de l'allocation de la capacité journalière, sauf si les exigences de l'article 46, paragraphe 2, sont respectées. Dans ce cas, la capacité d'échange entre zones et les contraintes d'allocation deviennent fermes dès qu'elles sont soumises aux NEMO concernés.
2. Na het aflopen van de uiterste termijn voor de day-aheadvastheid worden alle zoneoverschrijdende capaciteiten en toewijzingsbeperkingen vast voor day-ahead-capaciteitstoewijzing tenzij aan de eisen van artikel 46, lid 2, wordt voldaan, in welk geval de zoneoverschrijdende capaciteit en de toewijzingsbeperkingen vast worden zodra zij zijn voorgelegd aan de desbetreffende NEMO's.