Le rapport au Roi de l'arrêté royal n° 13 du 12 mars 1996 portant exemption conditionnelle de l'obligation de déclaration pour certaines catégories de traitements automatisés de données à caractère personnel qui ne présente manifestement pas de risque d'atteinte à la vie privée (Moniteur belge, 15 m
ars 1996, p. 5805), souligne que l'intention est ici de viser tout intéressé effectuant des prestations pour le responsable du traitement « quel que soit son statut (travailleur salarié, indépendant, int
érimaire, stagaire, apprenti, élève, etc.) » ...[+++].
In het verslag aan de Koning bij het koninklijk besluit nr. 13 van 12 maart 1996 tot voorwaardelijke vrijstelling van de aangifteplicht voor bepaalde soorten van geautomatiseerde verwerkingen van persoonsgegevens die kennelijk geen gevaar inhouden op het gebied van de schending van de persoonlijke levenssfeer (Belgisch Staatsblad van 15 maart 1996, blz. 5805), wordt onderstreept dat terzake iedere betrokkene wordt beoogd die voor de verantwoordelijke voor de verwerking prestaties verricht ongeacht het statuut van betrokkene (werknemer, zelfstandige, interimaris, stagiair, leerling, enz.).