Vertaling van "des bâtiments détenus par ses organismes publics soient rénovés chaque année " (Frans → Nederlands) :

1. Sans préjudice de l’article 7 de la directive 2010/31/EU, chaque État membre veille à ce qu’à partir du 1er janvier 2014, 3 % de la surface au sol totale des bâtiments détenus par ses organismes publics soient rénovés chaque année de manière à satisfaire au moins les exigences minimales en matière de performance énergétique qu’il a fixées en application de l’article 4 de la directive 2010/31/UE.
1. Onverminderd artikel 7 van Richtlijn 2010/31/EU zorgen de lidstaten ervoor dat vanaf 1 januari 2014 jaarlijks 3 % van de totale vloeroppervlakte die eigendom is van hun overheidsinstanties, wordt gerenoveerd om aan de minimumeisen inzake energieprestaties te voldoen die door de betrokken lidstaat zijn vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU.

Dans le secteur public, les possibilités de financement hors bilan ont été identifiées comme étant un moteur d'investissement dans les bâtiments publics, en particulier compte tenu de l'obligation de rénover chaque année 3 % du patrimoine immobilier des administrations centrales.
In de publieke sector is het potentieel voor buitenbalansfinanciering geïdentificeerd als een driver voor investeringen in overheidsgebouwen, met name in het licht van de verplichting om jaarlijks 3% van de gebouwen van de centrale overheid te renoveren.

Conformément à l'article 5, 1., de la Directive 2012/27/UE du Parlement européen et du Conseil du 25 octobre 2012 relative à l'efficacité énergétique, modifiant les Directives 2009/125/CE et 2010/30/UE et abrogeant les Directives 2004/8/CE et 2006/32/CE, les autorités fédérales contribueront à ce qu'à partir du 1 janvier 2014, 3 % de la surface au sol totale des bâtiments chauffés et/ou refroidis appartenant au gouvernement central belge et occupés par celui-ci soient rénovés chaque année de manière à satisfaire aux exigences minimales en matière de performance énergétique définies par les Régions en vertu de l'article 4 de la Directive 2010/31/UE.
Conform artikel 5, 1., van de Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG zal de federale overheid ertoe bijdragen dat vanaf 1 januari 2014 jaarlijks 3 % van de totale vloeroppervlakte van verwarmde en/of gekoelde gebouwen die eigendom zijn van en gebruikt worden door de Belgische centrale overheid, wordt gerenoveerd om aan de minimumeisen inzake energieprestaries te voldoen die de Gewesten op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU hebben vastgelegd.

1. Sans préjudice de l'article 7 de la directive 2010/31/UE, chaque État membre veille à ce qu'à partir du 1er janvier 2014, 3 % de la surface au sol totale des bâtiments chauffés et/ou refroidis appartenant au gouvernement central et occupés par celui-ci soient rénovés chaque année de manière à satisfaire au moins aux exigences minimales en matière de performance énergétique qu'il a fixées en vertu de l'article 4 de la directive 2010/31/UE.
1. Onverminderd artikel 7 van Richtlijn 2010/31/EU zorgt elke lidstaat ervoor dat vanaf 1 januari 2014 jaarlijks 3 % van de totale vloeroppervlakte van verwarmde en/of gekoelde gebouwen die eigendom zijn van en gebruikt worden door hun centrale overheid, wordt gerenoveerd om aan de minimumeisen inzake energieprestaties te voldoen die de betrokken lidstaat op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU heeft vastgelegd.

Premièrement, il faudrait rénover chaque année 3 % des bâtiments détenus par des organismes publics de façon à les amener aux niveaux de performance énergétique optimaux en fonction des coûts, c’est-à-dire un taux de rénovation deux fois plus élevé qu’aujourd’hui.
In de eerste plaats moet 3 % van de gebouwen die in eigendom van de overheid zijn, jaarlijks gerenoveerd worden tegen kostenoptimaal niveau.

c) la surface au sol totale des bâtiments détenus par les organismes publics dont la surface utile totale est supérieure à 250 m2, qui, au 1er janvier de l'année pour laquelle le rapport est dû, n'est pas conforme aux exigences en matière de performance énergétique visées à l'article 4, paragraphe 1.
c) de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale werkbare vloeroppervlakte van meer dan 250 m2, die eigendom zijn van hun overheidsinstanties en die op 1 januari van het jaar waarop dit rapport moet worden ingediend, niet aan de in artikel 4, lid 1 genoemde eisen inzake energieprestatie voldoen.

c) la surface au sol totale des bâtiments détenus par les organismes publics dont la surface utile totale est supérieure à 250 m2, qui, au 1er janvier de l'année pour laquelle le rapport est dû, n'est pas conforme aux exigences en matière de performance énergétique visées à l'article 4, paragraphe 1;
c) de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale werkbare vloeroppervlakte van meer dan 250 m2, die eigendom zijn van hun overheidsinstanties en die op 1 januari van het jaar waarop dit rapport moet worden ingediend, niet aan de in artikel 4, lid 1 genoemde eisen inzake energieprestatie voldoen;