6. RECONNAIT que l'apparition de nouveaux moyens techniques permettant d'exercer un contrôle parental ne saurait atténuer la responsabilité de chacune des catégories d'opérateurs, tels que les diffuseurs, les fournisseurs de réseau, d'accès, de services, de contenus, etc., pour ce qui concerne la protection des mineurs contre les contenus préjudiciables, et dès lors,
6. ERKENT dat de ontwikkeling van nieuwe technische middelen voor ouderlijk toezicht niet mag leiden tot vermindering van de respectieve verantwoordelijkheden van de diverse categorieën operatoren, zoals omroeporganisaties, aanbieders van netwerken, toegang, diensten, inhoud enz., ten aanzien van de bescherming van minderjarigen tegen schadelijke inhoud;