Art. 24. Par application de l'article 10, § 1, alinéa 4, de la loi, l'organisme qui a recours à un tiers introducteur d'affaires s'assure que l'identification du client introduit et de ses mandataires et bénéficiaires effectifs et la vérification de leur identité ont été complètement et correctement opérées par le tiers introducteur d'affaires, conformément à la législation qui est applicable à celui-ci.
Art. 24. Met toepassing van artikel 10, § 1, vierde lid, van de wet, moet een onderneming die een beroep doet op een derde zaakaanbrenger, zich ervan vergewissen dat deze de identificatie en de identiteitsverificatie van de geïntroduceerde cliënt en van zijn lasthebbers en uiteindelijke begunstigden volledig en correct heeft uitgevoerd, conform de voor hem geldende wetgeving.