Les membres du personnel visés à l'article 2, alinéa 1, 19°, 20°, 21°, 22°, 23° ou 24° du présent arrêté qui, avant la date d'entrée en vigueur de l'arrêté du Gouvernement flamand du 22 septembre 2017 modifiant diverses dispositions de l'arrêté du Gouvernement flamand du 26 juillet 2016 portant octroi d'allocations
d'interruption pour crédit-soins, bénéficient d'une allocation d'interruption en exécution de l
'article 8 et 8bis, tels qu'en vigueur avant le 2 septembre 2016, de l'arrêté royal du 7 mai 1999 relatif à l'interruption de la
...[+++] carrière professionnelle du personnel des administrations, et qui arrêtent l'allocation d'interruption après la date d'entrée en vigueur de l'arrêté du Gouvernement flamand du 22 septembre 2017 modifiant diverses dispositions de l'arrêté du Gouvernement flamand du 26 juillet 2016 portant octroi d'allocations d'interruption pour crédit-soins afin de fournir des soins palliatifs tels que visés à l'article 100bis ou 102bis de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales, maintiennent le droit à une allocation d'interruption en exécution des articles 8 et 8bis, tels qu'en vigueur avant le 2 septembre 2016, de l'arrêté royal du 7 mai 1999 relatif à l'interruption de la carrière professionnelle des membres du personnel des administrations.De personeelsleden vermeld in artikel 2, eerste lid, 19°, 20°, 21°, 22°, 23° of 24° van dit besluit en die vóór datum van inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2017 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juli 2016 tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet een onderbrekingsuitkering ontvangen ter uitv
oering van artikel 8 en 8bis, zoals van kracht vóór 2 september 2016, van het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen en die de onderbrekingsuitkering stopzetten na
...[+++]datum van inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2017 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juli 2016 tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet om palliatieve zorgen te verlenen als vermeld in artikel 100bis of 102bis van de Herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, behouden het recht op een onderbrekingsuitkering ter uitvoering van artikel 8 en 8bis, zoals van kracht vóór 2 september 2016, van het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen.