La Banque peut, à tout moment, interdire, restreindre ou conditionner l'usage de la correction pour volatilité visée à l'alinéa 1 si elle constate que l'entreprise d'assurance ou de réassurance ne respecte pas les conditions prévues par le présent article ou par les règlements européens pris en application de l'article 86, paragraphe 1, i), de la Directive 2009/138/CE ou que son profil de risque diffère substantiellement des conditions d'application de la correction de volatilité telle que prévues par les dispositions desdits règlements.
De Bank kan de toepassing van de in het eerste lid bedoelde volatiliteitsaanpassing te allen tijde verbieden of beperken of er voorwaarden aan verbinden indien zij vaststelt dat de verzekerings- of herverzekeringsonderneming niet voldoet aan de voorwaarden van dit artikel of van de Europese verordeningen die met toepassing van artikel 86, lid 1, onder i), van Richtlijn 2009/138/EG zijn vastgesteld of dat haar risicoprofiel wezenlijk verschilt van de voorwaarden voor de toepassing van de volatiliteitsaanpassing waarin de bepalingen van de genoemde verordeningen voorzien.