2. Dans le cas où il est constaté qu'un établissement n'a pas respecté l'un de ses engagements prévus à l'article 13, paragraphe 1, premier alinéa, points d), f), g) et h), ou une autre obligation découlant du présent règlement, sauf cas de force majeure, l'agrément est suspendu pour une période d'un à douze mois, en tenant compte de la gravité de l'irrégularité.
2. Indien wordt vastgesteld, dat een bedrijf één van de in artikel 13, lid 1, eerste alinea, onder d), f), g) en h), bedoelde verbintenissen of een andere verbintenis uit hoofde van deze verordening niet is nagekomen, wordt, behoudens overmacht, de erkenning geschorst voor een periode die, naar gelang van de ernst van de onregelmatigheid, één tot twaalf maanden kan bedragen.