7. condamne toute forme d'intolérance religieuse et, en particulier, l'incendie de plusieurs mosquées, s'inquiète de ce que l'interprétation et l'application, dans un sens fondamentaliste, de la charia dans certaines provinces du Nigeria soient en contradiction avec les droits humains fondamentaux, et invite le gouvernement fédéral nigérian à garantir le plein respect de la Constitution et de l'État de droit;
7. veroordeelt iedere vorm van religieuze onverdraagzaamheid en met name het in brand steken van een aantal moskeeën; spreekt er zijn bezorgdheid over uit dat de fundamentalistische interpretatie en toepassing van het sjaria-recht in een aantal Nigeriaanse deelstaten wellicht in strijd is met de fundamentele mensenrechten en roept de federale regering van Nigeria op toe te zien op de volledige naleving van de grondwet en de rechtsstaat;