La situation du second requérant ne serait pas davantage affectée puisqu'il reste magistrat du siège et vice-président et que la mention « bon », dont rien ne permet de penser qu'il ne l'obtiendra pas, entraînera une prolongation immédiate de son mandat adjoint de vice-président (article 259undecies, § 2).
De situatie van de tweede verzoeker zou evenmin worden geraakt, vermits hij zittend magistraat en ondervoorzitter blijft en de beoordeling « goed », waarbij niets toestaat te denken dat hij die niet zal verkrijgen, een onmiddellijke verlenging van zijn adjunct-mandaat van ondervoorzitter teweeg zal brengen (artikel 259undecies, § 2).