75. salue l'initiative consistant à faire adopter une approche fondée sur le respect des droits de l'homme en matière de développement, fait observer qu'une telle approche doit reposer sur l'indivisibilité des droits de l'homme et est convaincu que les objectifs de coopération doivent être axés sur l'être hum
ain et le bien-être des peuples plutôt que sur les gouvernements; souligne que la cohérence politique en matière de développement doit s'entendre, dans ce contexte, comme une contribution à la pleine réalisation des objectifs en matière de droits de l'homme, de sorte que les différentes politiques de l'Union ne se nuisent pas mutuel
...[+++]lement;
75. is verheugd over het initiatief inzake de invoering van een op mensenrechten gebaseerde benadering van ontwikkelingsbeleid; merkt op dat een dergelijke benadering gebaseerd moet zijn op de ondeelbaarheid van de mensenrechten, en is er stellig van overtuigd dat mensen en hun welzijn, en niet regeringen, een centrale plaats moeten hebben in samenwerkingsdoelstellingen; benadrukt dat beleidscoherentie voor ontwikkeling in deze context gezien moet worden als een bijdrage tot de volledige verwezenlijking van de doelstellingen inzake de mensenrechten, zodat de verschillende EU-beleidsmaatregelen elkaar in dit opzicht niet ondermijnen;