Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "des questions préjudicielles auxquelles elle " (Frans → Nederlands) :

La partie requérante demande à la Cour d'annuler les mots « pour la partie de langue française » qui, en limitant le champ d'application du décret, l'ont empêchée jusqu'ici, en particulier au moment où la Cour était saisie des questions préjudicielles auxquelles elle a répondu dans son arrêt n° 141/2015, de solliciter utilement l'incitant financier prévu par le décret partiellement attaqué.

De verzoekende partij vraagt het Hof om de woorden « het Franstalige gedeelte van » te vernietigen die haar, door het toepassingsgebied van het decreet te beperken, tot dusver, in het bijzonder op het ogenblik dat de prejudiciële vragen bij het Hof aanhangig waren gemaakt die het in zijn arrest nr. 141/2015 heeft beantwoord, hebben verhinderd de in het gedeeltelijk bestreden decreet bepaalde financiële incentive op nuttige wijze aan te vragen.


Dans les considérations liminaires à l'examen des questions préjudicielles dont elle était saisie, la Cour de justice de l'Union européenne a rappelé, par les arrêts du 21 juin 2007, C-231/06 à C-233/06 (Office national des pensions c. E. Jonkman et a.), qu'en ce qui concerne le principe de l'égalité des rémunérations entre travailleurs masculins et travailleurs féminins, l'article 157, paragraphes 1 et 2, du Traité sur le fonctionnement de l'Union européenne (ancien article 141, paragraphes 1 et 2, du Traité CE) s'applique aux seuls régimes de pension professionnels, et non aux régimes de pensio ...[+++]

In de beschouwingen die voorafgaan aan het onderzoek van de prejudiciële vragen die aan het Hof van Justitie van de Europese Unie werden gesteld, heeft dat Hof, bij de arresten van 21 juni 2007, C-231/06 tot en met C-233/06 (Rijksdienst voor pensioenen t. E. Jonkman e.a.) eraan herinnerd dat, ten aanzien van het beginsel van gelijke beloning van mannelijke en vrouwelijke werknemers, artikel 157, leden 1 en 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (voorheen artikel 141, leden 1 en 2, van het EG-Verdrag) alleen van toepassing is o ...[+++]


3. Appartient-il à la Cour de maintenir provisoirement les effets des dispositions à annuler par suite des B.29, B.32.4, B.34.5, B.35.5, B.38.6, B.39.7 et B.40.7, de même que ceux des dispositions qui devraient, le cas échéant, être annulées entièrement ou partiellement, s'il découlait de la réponse à la première ou à la deuxième question préjudicielle qu'elles sont contraires au droit de l'Union européenne, et ce afin de permettre au législateur de les mettre en conformité avec ce droit ?

3. Staat het aan het Hof de gevolgen van de ingevolge B.29, B.32.4, B.34.5, B.35.5, B.38.6, B.39.7 en B.40.7 te vernietigen bepalingen, alsmede die van de bepalingen die in voorkomend geval geheel of gedeeltelijk dienen te worden vernietigd, mocht uit het antwoord op de eerste of de tweede prejudiciële vraag volgen dat zij in strijd zijn met het recht van de Europese Unie, tijdelijk te handhaven teneinde de wetgever in staat te stellen ze in overeenstemming te brengen met dat recht ?


Comme la Cour de justice l’a précisé dans sa jurisprudence, les juridictions nationales devraient toujours saisir celle-ci de questions préjudicielles lorsqu’elles nourrissent des doutes quant à la validité de ces actes au regard du droit de l’Union.

Uit de jurisprudentie van het Hof van Justitie blijkt duidelijk dat de nationale rechterlijke instanties verplicht zijn een prejudiciële vraag te stellen aan het Hof van Justitie in geval van twijfel omtrent de geldigheid van die handelingen ten opzichte van het recht van de Unie.


Il ressort du libellé de la question préjudicielle qu'elle porte uniquement sur l'article 335, § 1, alinéa 2, troisième phrase, du Code civil.

Uit de bewoordingen van de prejudiciële vraag blijkt dat zij enkel betrekking heeft op artikel 335, § 1, tweede lid, derde zin, van het Burgerlijk Wetboek.


Il ressort de la question préjudicielle qu'elle concerne l'article 2 de la loi du 7 mai 2009 portant assentiment à et exécution de l'Avenant précité.

Uit de prejudiciële vraag blijkt dat zij betrekking heeft op artikel 2 van de wet van 7 mei 2009 houdende instemming met en uitvoering van het voormelde Avenant.


Dès lors que les dispositions du droit de l'Union européenne invoquées par les parties requérantes ne laissent raisonnablement aucun doute, il n'y a pas lieu de poser les questions préjudicielles qu'elles suggèrent.

Nu de door de verzoekende partijen aangevoerde bepalingen van het recht van de Europese Unie redelijkerwijs geen ruimte voor twijfel laten, behoeven de door hen gesuggereerde prejudiciële vragen niet te worden gesteld.


Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 24 mai 2016 en cause de l'Ordre des barreaux francophones et germanophone et autres contre l'Etat belge, Service public fédéral Justice, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 2 juin 2016, le Tribunal de première instance de Liège, division Liège, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 495 du Code judiciaire, dans l'interprétation selon laquelle il ne permet pas à l'Ordre des barreaux francophones et germanophone de for ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 mei 2016 in zake de « Ordre des barreaux francophones et germanophone » en anderen tegen de Belgische Staat, Federale Overheidsdienst Justitie, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 juni 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 495 van het Gerechtelijk Wetboek, in die interpretatie dat het de ' Ordre des barreaux francophones et germanophone ' niet toelaat voor de gewone rechtscolleges een vordering in te ...[+++]


Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 30 mai 2016 en cause de l'Ordre des architectes contre la SA « DBFM Scholen van Morgen », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 8 juin 2016, la Cour d'appel de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 2 de la loi du 26 juin 1963 créant un Ordre des architectes viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, interprété en ce sens que cette disposition n'habilite pas l' ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 30 mei 2016 in zake de Orde van architecten tegen de nv « DBFM Scholen van Morgen », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 juni 2016, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 2 van de wet van 26 juni 1963 tot instelling van de Orde van architecten de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in die zin geïnterpreteerd dat deze bepaling niet aan de Orde van architecten de ...[+++]


Moerman, E. Derycke et F. Daoût, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le juge A. Alen, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 23 décembre 2014 en cause de Tonia Tollenaere contre la SA « AXA Belgium » et la SA « Generali Belgium », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 janvier 2015, le Tribunal de première instance de Flandre orientale, division Gand, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 3, alinéa 3, de la l ...[+++]

Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van rechter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 23 december 2014 in zake Tonia Tollenaere tegen de nv « AXA Belgium » en de nv « Generali Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 januari 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 3, derde lid, van de wet van 13 januari 2012 tot invoeging van artikel 110/1 in de wet van 25 juni 1992 op d ...[+++]


w