26. souligne la nécessité de veiller à ce que, dans tous les États membres, le radiodiffuseur et la télévision publics soient pleinement indépendants et ne subissent aucune ingérence, afin que les fonds publics ne servent pas à maintenir au pouvoir le gouvernement en place ou à restreindre les critiques à l'encontre de celui-ci et que, en cas d'ingérence de la part du gouvernement, un recours puisse être introduit auprès des tribunaux ou d'un arbitre indépendant;
26. wijst er met nadruk op dat het noodzakelijk is ervoor te zorgen dat de publieke omroepen in alle lidstaten van de EU volledig onafhankelijk en vrij van inmenging zijn, zodat de overheidsmiddelen niet worden gebruikt om de zittende regering aan de macht te houden of kritiek op deze regering in te perken, en dat het zaak is ervoor te zorgen dat bij inmenging van de nationale regering een beroep kan worden gedaan op de rechtbanken of een onafhankelijke arbiter;