Les membres des organes de la SE sont tenus de ne pas divulguer, même après la cessation de leurs fonctions, les informations dont ils disposent sur la SE et dont la divulgation serait susceptible de porter préjudice aux intérêts de la société, à l'exclusion des cas dans lesquels une telle divulgation est exigée ou admise par les dispositions du droit national applicables aux sociétés anonymes ou dans l'intérêt public.
De leden van de organen van de SE mogen, ook nadat zij hun functie hebben beëindigd, geen ruchtbaarheid geven aan de te hunner beschikking staande inlichtingen over de SE waarvan de openbaarmaking de belangen van de vennootschap zou kunnen schaden, behalve in gevallen waarin deze openbaarmaking krachtens de bepalingen van nationaal recht die op naamloze vennootschappen van toepassing zijn of om redenen van algemeen belang verplicht of toegestaan is.