«espèce exotique»: une espèce, une sous-espèce ou un taxon inférieur introduit en dehors de son aire de répartition naturelle passée ou présente, y compris toute partie, gamète, semence, propagule ou tout œuf de cette espèce, ainsi que tout hybride, variété ou race, susceptible de survivre et, ultérieurement, de se reproduire;
16. „uitheemse soorten”: soorten, ondersoorten of lagere taxa die zijn ingevoerd buiten het gebied waar zij in het verleden of op dat moment van nature voorkwamen, met inbegrip van alle delen, geslachtscellen, zaadcellen, eicellen of propagulen van die soorten alsook alle kruisingen, variëteiten of rassen, die kunnen overleven en zich vervolgens kunnen voortplanten;