Il peut également, s'il a une dette en cotisations supérieure à 3.000 euros, se prévaloir de créances qu'il possède à l'égard d'un pouvoir adjudicateur ou d'une entreprise publique; créances qui doivent être certaines, exigibles et libres de tout engagement à l'égard de tiers.
Hij kan zich eveneens, voor het geval hij een bijdrageschuld heeft die hoger ligt dan 3.000 euro, beroepen op schuldvorderingen die hij heeft ten opzichte van een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf; deze schuldvorderingen moeten zeker zijn, opeisbaar en vrij van elke verbintenis ten opzichte van derden.