Ladite proposition de directive, stipule que les États membres devront incriminer tout comportement, intentionnel ou exercé par négligence grave, en violation des dispositions communautaires visant à protéger l'environnement.
Dit voorstel van richtlijn bepaalt dat de lidstaten activiteiten die opzettelijk of uit grove nalatigheid worden verricht en een overtreding inhouden van de bepalingen van het Gemeenschapsrecht ter bescherming van het milieu, als strafbare feiten moeten aanmerken.